Appellaties

De appellatielijst van sommige regio’s groeit sneller aan dan een wijnliefhebber ze kan leren kennen. Veneto is typisch zo’n regio die non-stop in beweging is, en waar steeds nieuwe appellaties bijkomen en/of promoveren van DOC naar DOCG.

Hieronder vindt u een overzicht van alle appellaties in Veneto. Verder naar beneden worden enkele ervan in detail besproken:

DOCG
1. Recioto di Soave
8. Colli di Conegliano
18. Conegliano Valdobbiadene Prosecco
24. Bardolino Superiore
25. Soave Superiore
29. Recioto di Gambellara
30. Asolo Prosecco
30. Colli Asolani Prosecco
33. Amarone della Valpolicella
34. Recioto della Valpolicella
35. Colli Euganei Fior d’Arancio
36. Lison
37. Piave Malanotte
39. Montello
39. Montello Rosso
40. Bagnoli Friularo
40. Friularo di Bagnoli

DOC
Vigneti della Serenissima
2. Arcole
3. Bagnoli
3. Bagnoli di Sopra
4. Bardolino
5. Custoza
6. Breganze
7. Colli Berici
9. Colli Euganei
10. Gambellara
11. Garda
12. Lessini Durello
13. Lison Pramaggiore
14. Lugana
15. Merlara
16. Montello Colli Asolani
17. Piave
19. San Martino della Battaglia
20. Soave
21. Valdadige
22. Valpolicella
23. Vicenza
26. Corti Benedettine del Padovano
27. Riviera del Brenta
28. Terradeiforti
28. Valdadige Terradeiforti
31. Prosecco
32. Valpolicella Ripasso
38. Venezia
41. Monti Lessini

IGT
Alto Mincio
Colli Trevigiani
Conselvano
delle Venezie
Marca Trevigiana
Provincia di Verona
Vallagarina
Veneto
Veneto Orientale
Verona
Veronese
Vigneti delle Dolomiti
Weinberg Dolomiten

VDI
Vino d'Italia

In Soave wordt ook complexe zoete wijn gemaakt onder de vlag van de DOCG Recioto di Soave, naar analogie met de Recioto della Valpolicella. De druiven drogen na de oogst eerst alvorens ze vergist worden. De gisting wordt dan bewust onderbroken op een punt dat nog niet alle suikers in de druiven vergist zijn. Hierdoor blijft er restsuiker over in de uiteindelijke zoete witte wijn.

DOCG Conegliano Valdobbiadene Prosecco is een van de twee belangrijkste appellaties in Veneto (naast DOC Prosseco). De gemiddelde kwaliteit van de schuimwijnen onder de vlag van deze appellatie is nog net iets hoger dan bij de DOC Prosecco. Dit omdat voor de DOCG Conegliano Valdobbiadene Prosecco oude wijngaarden op hellingen worden gebruikt, die veel beter fruit opleveren. Ook de gebruikte druivenrassen verschillen.

DOCG Bardolino Superiore is een appellatie, genoemd naar het gelijknamige dorpje aan de oostelijke oever van het Gardameer, die in het laatste decennium een ware metamorfose heeft ondergaan, samen met kleine broer DOC Bardolino. Waar dit in de jaren negentig nog eenvoudige wijntjes waren die wat ziel misten, staan ze anno 2014 op gelijke hoogte met de wijnen uit Valpolicella. Ze hebben eindelijk voldoende fruit en structuur.

In 2001 promoveerde de Soave categorie Superiore afzonderlijk tot DOCG Soave Superiore. Deze groep wijnen moet voornamelijk een iets hoger alcoholgehalte hebben, het fruit moet beter en vooral rijper zijn. Gewone Soave moet minimum 10,5% alcohol hebben, Soave Classico 11%, Soave Superiore 12% en Soave Superiore Riserva 12,5%.

DOCG Recioto di Gambellara is in Veneto een belangrijke appellatie voor zoete witte wijn. Een groot verschil met de Recioto uit Soave is er niet, buiten het feit dat de zoete wijn hier exclusief met garganega gemaakt moet worden.

DOCG Colli Asolani Prosecco is op dit moment nog een piepkleine speler in Veneto, met een aanplant van 200 hectare.

DOCG Amarone della Valpolicella. Deze Valpolicellawijnen hebben duidelijk een zoet mondgevoel, wat regelrecht tegen de traditionele stijl ingaat. Men laat hierbij de druiven na de oogst eerst gedurende 100 à 120 dagen drogen op rieten matten of in plastic geperforeerde bakjes in geklimatiseerde lokalen. Het vochtgehalte (water) in de druivenbes vermindert ten opzichte van het vruchtvlees, de kleurstoffen, tannines en de suikers. Als je deze geconcentreerde gedroogde druiven laat gisten, krijg je een geconcentreerde wijn die een diepere kleur heeft dan een gewone Valpolicella en die meer tannines en smaak bevat. Bovendien heeft de wijn een hoger alcoholgehalte, de gedroogde druiven hebben verhoudingsgewijs ten opzichte van verse druiven meer suikers toen ze vergist werden. Als je het proces van alcoholische gisting volledig doorloopt (d.w.z. tot alle suikers vergist zijn), heb je een droge wijn zonder restsuiker maar met een hogere alcoholgraad.

DOCG Recioto di Valpolicella. Een appellatie waarvan de wijnen quasi hetzelfde proces doorlopen als de Amarone-appellatie. Men laat hierbij de druiven na de oogst eerst gedurende 100 à 120 dagen drogen op rieten matten of in plastic geperforeerde bakjes in geklimatiseerde lokalen. Het vochtgehalte (water) in de druivenbes vermindert ten opzichte van het vruchtvlees, de kleurstoffen, tannines en de suikers. Als je deze geconcentreerde gedroogde druiven laat gisten, krijg je een geconcentreerde wijn die een diepere kleur heeft dan een gewone Valpolicella en die meer tannines en smaak bevat. Bovendien heeft de wijn een hoger alcoholgehalte, de gedroogde druiven hebben verhoudingsgewijs ten opzichte van verse druiven meer suikers toen ze vergist werden.

Het verschil met de DOCG Amarone della Valpolicella is dat men bij de DOCG Recioto di Valpolicella de gisting van de druiven nog voor het einde bewust afbreekt. Je houdt dus een pak niet-vergiste restsuikers over, die een uitgesproken zoete Valpolicellawijn opleveren.

DOC Bardolino is een appellatie, genoemd naar het gelijknamige dorpje aan de oostelijke oever van het Gardameer, die in het laatste decennium een ware metamorfose heeft ondergaan, samen met grote broer DOCG Bardolino Superiore. Waar dit in de jaren negentig nog eenvoudige wijntjes waren die wat ziel misten, staan ze anno 2014 op gelijke hoogte met de wijnen uit Valpolicella. Ze hebben eindelijk voldoende fruit en structuur.

Droge witte wijnen hebben met de DOC Gambellara hun eigen appellatie. De verplichte druivensamenstelling is bijna identiek aan deze van DOC Soave.

DOC Soave is als appellatie de witte tegenhanger van de Valpolicellawijnen. Soave Classico is hiervan een onderdeel dat voorbehouden is voor de wijngaarden in het historische hart van de appellatie. Het zijn eerder lichte, verfijnde wijnen. De wijn moet minstens 70% garganega bevatten en mag eventueel aangevuld worden met trebbiano di soave of chardonnay.

DOC Valpolicella. Deze Valpolicellawijnen zijn geen krachtpatsers, maar hebben wel uitbundig fruit en finesse. Daar ligt ook hun grote troef en aantrekkingsfactor: drinkbare, sappige wijnen aan een aantrekkelijke prijs.

DOC Prosecco is een van de twee belangrijkste appellaties in Veneto (naast DOCG Conegliano Valdobbiadene Prosecco). Het grondgebied van deze appellatie bevat naast de regio Veneto ook de regio Friuli. Zowel op het vlak van productie (12.000 hectare) als naar commercieel belang is het de belangrijkste appellatie van heel Italië. Voor de DOC Prosecco worden immense, meestal vlakke, velden vol wijnstokken gebruikt om aan de internationale dorst te voldoen.

DOC Ripasso della Valpolicella. Voor deze appellatie voegt men aan een gewone jonge DOC Valpolicella uitgeperste druivenschilletjes toe, die overblijven na het maken van Amarone della Valpolicella en nog gistcellen bevatten. Hierdoor ontstaat een spontane hergisting van de jonge, lichte Valpolicella met extra onttrekking van kleur, smaak en alcohol aan de Amaronedruivenschilletjes. De lichte Valpolicella verandert volledig van aard en wordt een diepere, meer geconcentreerde – nog steeds droge – wijn.

IGT Veneto is de belangrijkste landwijn van Veneto, en de tweede belangrijkste van heel Italië (na IGT Sicilia). Deze landwijncategorie is niet zozeer belangrijk omwille van de kwaliteit, wel omwille van haar diversiteit en vooral haar commercieel belang.