Greco

Greco (of asprinio) is een laatrijpend, autochtoon wit druivenras uit Campanië. Het ras levert steevast frisse en strakke witte wijnen op met aroma’s en smaken van witte perzik en peer, in de beste wijnen soms aangevuld met een flinke dosis mineraliteit en aciditeit.

Samen met fiano en falanghina vormt deze druif het triumviraat van witte druiven in Campanië.

Onze producten op basis van dit druivenras

Kenmerken

Meest voorkomende wijnstreek: Calabria

Kleur van de schil: grijsgeel, soms bruine spikkels erop

Karakteristieken:
alomtegenwoordig in het zuiden van Italië met Calabria voorop; compacte trossen; middelmatige groeikracht met late rijping; behoort vanzelfsprekend tot de familie van de greci; groeit niet enkel hier, maar in het hele mediterrane gebied; werd reeds in de 8ste eeuw in het Italiaanse zuiden aangeplant

Wijnstijlen:
vol wit

Bewaarkracht:
3 jaar

Te drinken bij:
vooral zeevruchten: rauw indien op inox gevinifi eerd, gebakken indien met houtrijping; bonte salade met tofu en oosterse vinaigrette

Bekendste herkomstbenamingen:
Fiano di Avellino, Greco di Tufo, Frascati

In Italië bestaan er verschillende druiven die de naam Greco of een variant ervan dragen: Grechetto, Grecanico, Greco Bianco. Misschien zijn ze wel verre familie van elkaar, maar het lijkt erop dat de Greco uit Campanië, beter bekend als de 'Greco di Tufo' een variëteit op zich is.

In alle waarschijnlijkheid zal deze druif vanuit Griekenland geïmporteerd zijn tijdens het eerste millenium voor Christus. Na aankomst in een haven in de buurt van het huidige Napels, werd deze druif verspreid naar het binnenland toe totdat ze arriveerde op de plek die nu als haar klassieke thuisbasis wordt beschouwd: de omgeving van het dorp Tufo in de provincie Avellino. Deze druivensoort flirtte met de uitsterving in het midden van de 20ste eeuw toen Antonio Mastroberardino, voornamelijk volgens hemzelf, de druif ervan redde.

Er bestaat een grote kans dat de huidige Greco di Tufo dezelfde is als de Aminea Gemella, die reeds door Plinius in zijn Naturalis Historia werd vermeld. Aminea, omdat de Greco tot druivensoorten gecultiveerd in de Aminea-zone van 'Falernus Ager' in het noorden van Campania behoorde. Gemella, omdat er in 50% van de gevallen dubbele druiventrossen ontspruiten uit de wijnranken van de Greco. Andere schrijvers uit de oudheid die reeds over de Aminea schreven waren Cato, Varro, Virgilius en Columella.

Greco di Tufo appreciëert een tufstenen, vulkanische bodem, rijk aan zwavel en een redelijk droog microklimaat, waardoor ze een kruidige wijn met goede body kan voortbrengen. Omwille van haar kleur bij oogsttijd wordt de Greco di Tufo de 'roodste van alle witte druiven' genoemd. Ze geeft een most die, zonder maceratie, een duidelijk roze kleurschakering heeft.

De andere Greco's van Campanië, dewelke men kan vinden in de provincies Benevento en Napels, zijn hoogstwaarschijnlijk ook Greco di Tufo, zoals ook die van Basilicata, Puglia (in het bijzonder in Gravina) en die van Molise. De Greco's van Calabrië daarentegen, zijn waarschijnlijk geen familie van die van Tufo, of in ieder geval zeer verre familie.